Boeren aan zet in brongebied Baakse Beek

Drie gebiedscoördinatoren gaan de komende tijd circa honderd agrarische bedrijven af in het bovenstroomse deel van de Baakse Beek ten oosten van Lichtenvoorde. Doel is zelf meer klimaatbestendig worden op bedrijfsniveau en minder kans op wateroverlast benedenstrooms.

Op een startbijeenkomst eerder deze week worden de drie coördinatoren Jan Willemink, Henry Waalderbos en Frans Baack bijgepraat over het bedrijfsbodem- en waterplan dat is ontwikkeld door adviesbureau Aequator Groen & Ruimte. Matheijs Pleijter laat hun zien hoe via een vragenlijst en een bodemkundige analyse ‘probleemplekken’ op een agrarisch bedrijf kunnen worden aangepakt. Dat kunnen extra droge of extra natte delen zijn. ‘Via dit onderzoek proberen we er samen met de ondernemers achter te komen waar de zwakke plekken zitten. Dat gebeurt op basis van gegevens van het bedrijf zelf, maar ook door gedetailleerde bodemkaarten te gebruiken’, legt Pleijter uit.

Gecombineerd met grondmonsters en eventueel een profielkuil om de beworteling in beeld te krijgen, brengt Pleijter advies uit aan de boer. Door bodemkundige gegevens zoals de indringingsweerstand te combineren met het opbrengend vermogen van het gewas, ontstaat volgens hem een goed beeld van de conditie van bepaalde percelen. ‘Eén en één wordt zo twee. Als de verdichting groot is, heeft extra drainage bijvoorbeeld geen zin.’Hoe beter de conditie van de bodem is, hoe beter de plantengroei en ook hoe groter het watervasthoudend vermogen. Dat is van belang om neerslagpieken te verwerken, net als het makkelijker kunnen overbruggen van periodes van droogte. Door de waterhuishouding in het brongebied aan te pakken, vermindert de kans op problemen benedenstrooms langs de Baakse Beek. En niet onbelangrijk: door de structuurverbetering van de bodem zijn betere opbrengsten te verwachten.

Retentiebekkens

Voorzitter Mark Ormel van LTO Noord-afdeling Oost Achterhoek blikt terug op 2010, toen Lichtenvoorde gedeeltelijk blank kwam te staan na zo’n neerslagpiek. Het waterschap bedacht toen om retentiebekkens aan te leggen. ‘Daar waren we als boeren niet zo blij mee. Dat hebben we het waterschap toen ook duidelijk laten weten. Nu kunnen we via dit project in het kader van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) zelf aangeven hoe het ‘boven op de bult’ ook anders kan.’ Alles gebeurt op vrijwillige basis. De betrokken boeren krijgen advies, maar beslissen zelf of en welke maatregelen ze willen nemen, benadrukt Ormel. ‘Waar klopt het en waar kan het beter. Boeren doen alleen mee, als zij er zelf het nut van inzien.’

Projectleider Hennie Mones: ‘Het gaat in deze fase om bewustwording en kennisvergroting. Dat gebeurt al via het bedrijfsbodem- en waterplan. Dat kost de ondernemer niets extra.’ De drie gebiedscoördinatoren en ook de bedrijfsplannen van Aequator kunnen daarbij helpen. Daarna volgen maatregelen die veelal via POP3 ook subsidiabel zijn. Dat kan zijn door in het projectgebied bijvoorbeeld stuwtjes aan te leggen of meer organische stof op het land te brengen. Ook kunnen deelnemers maatregelen nemen om de erfafspoeling te verminderen. ‘Het DAW werkt aan twee aspecten: waterhuishouding en waterkwaliteit. Dat laatste is vaak niet direct zichtbaar, maar zeker van belang’, vindt Ormel. De afdelingsvoorzitter hoopt op nieuw elan in de streek ondanks dat de aanloopperiode wat lang heeft geduurd. ‘Ik denk dat er animo voor is. Ik werd er de afgelopen tijd al regelmatig naar gevraagd. En zeker na zo’n extreem droge zomer neemt het bewustzijn toe. De boeren hebben nu de lead en niet meer het waterschap.’

Combinatie DAW en kavelruil N18 ontlast boeren

Het DAW-project ‘Brongebied Baakse Beek’, ten oosten van Lichtenvoorde, wordt gecombineerd met het kavelruilproject ‘N18 Groenlo-Zuid Lichtenvoorde’. Het projectgebied valt binnen de circa 3.000 hectare rond Lichtenvoorde waar boeren binnenkort kunnen intekenen op kavelruil. De kavelruil is opgezet om de opwaardering van de de N18 makkelijker te kunnen inpassen en tegelijk de landbouwstructuur in het gebied te verbeteren. Gestart wordt in het DAWgebied. De drie gebiedscoördinatoren die nu zijn aangesteld, inventariseren dan bij hun huisbezoek beide mogelijkheden. ‘Zo hoeven ze daarvoor maar één keer langs te komen’, zegt Cor Udding van Projecten LTO Noord die de kavelruil begeleidt.

 
Dit is een artikel uit Nieuwe Oogst van 16 februari 2019

Back to top