Concreet maken van wateropgaven per deelgebied valt in goede aarde

Wat is de opgave voor het gebied waarin ik boer? Hoe is het gesteld met de waterkwaliteit in het gebied en: wat betekent dat voor míjn bedrijf? Daar ging het over tijdens de DAW-impuls bijeenkomt begin juni in samenwerking met waterschap Amstel, Gooi en Vecht. “Een leerzame bijeenkomst.”

Een optimistische middag, zo kijkt Arjan van Rijn, lid dagelijks bestuurder waterschap Amstel, Gooi en Vecht en melkveehouder in Breukelen terug op de bijeenkomst van 8 juni. Het waterschap Amstel, Gooi en Vecht lichtte de wateropgaven per deelgebied toe.De aanwezigen gingen daarna, onder leiding van regio-coördinator Marieke van Leeuwen, in gesprek met agrarische ondernemers over de mogelijkheden en maatregelen die zij zien voor een betere bodem- en waterkwaliteit op hun bedrijf. 

Inzicht in de uitdagingen

Van Rijn vond het fijn dat de focus wordt gelegd op de inzet van boeren en niet zozeer op het resultaat. “Kijk als je dicht bij een riooloverstort boert, dan zul je de norm na een hoosbui echt niet halen. Dat ziet het waterschap ook. Zij zeggen: het gaat niet alleen om het resultaat, het gaat vooral om de inspanning.” Dat hij nu meer inzicht in de uitdagingen in zijn gebied heeft, geeft Van Rijn richting. “Je werkt dagelijks aan bodem en water, neemt maatregelen, maar waarvoor precies? Nu weet je waar je het voor doet, dat creëert draagvlak en optimisme.” 

Kansrijke maatregelen

Die verduidelijking vond ook Gijsbert Vink prettig. Hij is eveneens melkveehouder en was namens het Collectief Noord-Holland Zuid aanwezig. “Er is een opgave, maar wat dat inhoudt? Dat werd door deze positief ingestoken bijeenkomst duidelijker. Er was veel ruimte ook voor vragen en het bespreken van kansrijke maatregelen. Zo blijkt dat je met een paar vrij simpele maatregelen zoals greppels dichtzetten al veel kunt bereiken voor de bodem- en waterkwaliteit.” Door het waterschap is volgens Vink zorgvuldig uitgezocht welke opgave er ligt op detailniveau. Daardoor kan nu per bedrijf een plan van aanpak gemaakt kan worden. “Het abstracte is concreet geworden, daar was behoefte aan.” 

In het najaar worden opnieuw bijeenkomsten georganiseerd en in kleinere groepen de opgave per deelgebied verder besproken.

Meer informatie

Neem voor meer informatie contact op met Marieke van Leeuwen.

 

Back to top