Bij een unieke situatie hoort een unieke manier van oplossen. Nu we niet fysiek bij elkaar kunnen komen wordt vanuit het DAW project Vruchtbare Kringloop Noord Nederland een individueel bezoek gepland bij de deelnemers in de plaats van twee studiegroepbijeenkomsten. Een van de studiegroepbegeleiders die langsgaat bij de deelnemers is Anton Bouma, werkzaam als melkveespecialist bij ForFarmers. ‘Veehouders vinden het fijn dat het op deze manier wordt opgelost in plaats van met een online bijeenkomst’, aldus Bouma. Hij en de familie Bonnen uit Kerkenveld, Drenthe vertellen over de individuele bezoeken.
Hoe ervaren jullie de individuele bezoeken?
‘Erg positief en leerzaam. Meestal staan er na het invullen van de KringloopWijzer veel kengetallen waarvan je niet goed weet hoe je dit moet bijsturen. Waar staat welk getal voor en wat betekent het? Tijdens het individuele bezoek met Anton Bouma hebben we hier meer uitleg over gekregen’, vertelt Willie Bonnen. Ook Bouma merkt dat de individuele bezoeken positief worden ontvangen: ‘De ene veehouder is er wat drukker mee bezig is dan de ander, maar er is altijd interesse in hetgeen besproken wordt. Het enige nadeel is dat de individuele bezoeken het lastiger maken om cijfers te vergelijken. Bij de KringloopWijzer staat wel een referentie, maar vergelijken met boeren uit de omgeving geeft toch een beter beeld.’
Waar hebben jullie het over gehad tijdens het bezoek?
‘De bezoeken die we bij boeren afleggen gaan vooral over de KringloopWijzer, waarbij veel gevraagd wordt naar het BEX-voordeel. We stippen opvallende dingen aan en halen de goede- en verbeterpunten eruit. Aan de hand hiervan worden handvatten geboden aan de boer. Hoe krijgen ze het voor elkaar om de gewenste resultaten te behalen op het gebied van bodemoverschotten, eiwit van eigen land, stikstof en weidegang. Het is aan de boer wat ze er uiteindelijk mee doen’, vertelt Bouma.
Worden ook punten opgepakt naar aanleiding van het bezoek?
Volgens Bouma kijken boeren aan de hand van de gesprekken bewuster naar wat ze van eigen land afhalen en hoe dat beter benut kan worden. Ook de familie Bonnen herkent zich hierin: ‘Eerder hebben we het maaibeleid veranderd en zijn we overgegaan op kalendermaaien. Hierbij maaien we om de 4,5e week met als resultaat een hogere eiwitopbrengst van eigen land. Hetgeen we op moeten letten is dat we de eiwitrijkere kuilen goed in het rantsoen verwerken om het goed te laten benutten door de koe. Dit vergt een stukje sturing. Het samen doorlopen van de cijfers en de concrete acties is voor ons een extra motivatie om met verbeterpunten aan de slag te gaan.’