Landbouwminister bezoekt deelnemer Bodem-UP

Landbouwminister Schouten stuurde onlangs het Actieprogramma klimaatadaptatie landbouw naar de Tweede Kamer. Om haar collega’s goed te informeren, bracht ze onder meer een bezoek aan akkerbouwer Nathan van Beek in Gilze. Hij neemt deel aan het DAW-project Bodem-UP.

Met het Actieprogramma klimaatadaptatie landbouw komen sector, overheden en verzekeraars tot maatregelen voor agrariërs om duurzaam en effectief om te kunnen gaan met veranderingen in het klimaat. De minister ziet in Gilze (West-Brabant) met eigen ogen dat er niet één knop is om aan te draaien. ‘Er zijn verschillende maatregelen mogelijk. En in elk gebied, zelfs op elk perceel, moet je als ondernemer beproeven wat werkt. Het gaat om het samenspel van die maatregelen.’

Samenwerking 

De percelen van Nathan van Beek liggen op hoge zandgronden. Hij mag niet beregenen in droge periodes, omdat zijn grond te dicht bij Natura 2000-gebied ligt. Om toch aan voldoende zoetwater te komen, heeft de akkerbouwer uit Gilze verschillende maatregelen genomen. ‘Om water zo lang mogelijk vast te houden, doen we aan niet-kerende grondbewerking’, vertelt Van Beek tegen de geïnteresseerde minister aan de voet van een profielkuil. ‘Verder proberen we het organischestofgehalte zo hoog mogelijk te houden, door gewasresten zo lang mogelijk op het land te laten liggen.’

Verderop op het erf staat een groot bassin waarin regenwater wordt opgevangen. Dat wordt onder meer gebruikt als beregeningswater. De minister is onder de indruk. Wat Schouten opvalt, is de samenwerking tussen de akkerbouwer en veehouders die aan grondrotatie doen. En de samenwerking van ZLTO met de waterschappen, provincie, terreinbeherende organisaties en Brabant Water. ‘Dat gebeurt op regionaal niveau. Maar als we daar op landelijk niveau ook de schouders onder zetten, kunnen we mogelijk met elkaar nog meer gaan bereiken.’

Bodem-UP

Veel van de maatregelen die Van Beek neemt, vallen onder het project Bodem-UP. Daarbij werken specialisten samen met ondernemers en andere partners aan praktische maatregelen om de bodemvruchtbaarheid te verbeteren en een efficiëntere nutriëntenbenutting te realiseren. Er gebeurt dus al veel op het boerenerf als het om water gaat. Toch wordt ook een beroep gedaan op de landbouwminister. Zo noemt Van Beek de knellende wetgeving rondom organische meststoffen en bemesting. ‘We willen graag meer organische stof toevoegen, maar we lopen knel in de mestboekhouding.’ Na de rondgang over het erf in Gilze, nam de minister ruim de tijd voor het gesprek aan de keukentafel, alvorens ze afreisde naar groente- en peulvruchtenfabrikant Hak in Giessen. Daar waren ook enkele agrariërs aanwezig.

Dit artikel is geschreven door Marieke Verbiesen en stond 8 februari in Nieuwe Oogst, Zuid. 

Back to top