Breng drempels aan in ruggenteelten

Drempels in ruggenteelten laten regenwater infiltreren op de plaats waar het valt en verminderen plasvorming en afspoeling naar sloten.

Afspoeling heeft vooral op (hellende) percelen verlies aan vruchtbare grond, water, nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen tot gevolg. Bij hellende percelen is het aanleggen van drempels tussen de ruggen daarom een zeer doeltreffende oplossing om afspoeling en erosie tegen te gaan. Op vlakke percelen voorkomt het dat water naar de natte plekken op het perceel loopt en vermindert het de afspoeling naar sloten. Ook verbetert het de indringing bij beregening. Door het frezen van kleine drempels tussen de ruggen met de zogenaamde ‘aardappeldrempelmachine’ wordt regen beter vastgehouden op de plaats waar het valt, zodat het regenwater de grond in sijpelt in plaats van af te spoelen. De drempels houden het één groeiseizoen vol en kunnen in alle ruggenteelten worden ingezet.

Samenvatting

 

Waardering

Toelichting

Productievoordeel

0 / +

Afhankelijk van omstandigheden wordt een gering positief productievoordeel verwacht.

Milieuvoordeel

++

Milieuvoordeel is onderzocht op hellende percelen. Voor vlakke percelen zijn nog geen onderzoeksresultaten beschikbaar. Omdat plasvorming minder wordt en afstroming wordt geremd, wordt een positief effect verwacht.

Kosten

++

Afhankelijk van omstandigheden is geen extra werkgang nodig.

Kosten: 0 geen; + tot €25/ha; ++ €25/ha tot €75/ha; +++>€75/ha

De maatregel

Met een drempelmachine worden na het aanaarden tussen de ruggen drempeltjes aangebracht. De drempeltjes zijn zo’n 10-15 cm hoog en herhalen zich om de 0,75 à 1,5 m afhankelijk van het type drempelmachine en/of afstelling. Belangrijk bij het maken van drempels is dat deze direct bij het poten of op zeer korte tijd daarná worden aangelegd. Dan is nog voldoende losse grond beschikbaar voor het maken van de drempels. Als te lang wordt gewacht zakt de grond in en kan minder grond door de schepjes van de drempelmachines bij elkaar wordt gebracht en kunnen de peddels van de drempelvormer onvoldoende in de grond dringen. Bij het poten of aanaarden moet de bodem tussen de ruggen voldoende losgemaakt worden om voldoende hoge drempels te kunnen vormen.

Om het schommelen van een spuitmachine tegen te gaan kan er voor gekozen worden om geen drempels aan te leggen in de spuitgang. De drempels zijn in het najaar al sterk afgevlakt, waardoor het schommelen van een rooimachine nauwelijks een probleem vormt. Er zijn meerdere machnies die drempels tussen ruggen kunnen maken, bijna allen ontwikkeld in België.

Doel

Het doel is om gevallen regen ter plaatse op het veld vast te houden en te laten infiltreren. De drempels voorkomen dat bij een gemiddelde regenbui water naar het laagste deel van het veld stroomt en daar natte plekken veroorzaakt en / of oppervlakkig afstroomt naar een aangrenzende sloot. Bij hevige neerslag wordt afvoer en erosie geremd en reduceren drempels verlies van vruchtbare grond, water, nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen en verontreiniging van oppervlaktewater.

Effect op waterkwaliteit

Door de aanleg van de drempels en het loswoelen van de grond wordt de infiltratiecapaciteit vergroot en komt het water van milde regenbuien niet tot afstroming. Bij hevige regenbuien wordt een groter deel van het water vastgehouden dan in de situatie zonder drempels, maar is afspoeling niet geheel te voorkomen. De volgende effecten worden verwacht;

  • Gewasbeschermingsmiddelen: heel groot effect.
  • Fosfortransport met afspoeling van water en sediment: groot effect.
  • Stikstofafspoeling van water: matig effect.

De onderzoeksgegevens betreffen vrijwel altijd de aanleg van drempels in aardappelruggen ter bestrijding van erosie van hellende percelen. In 2001 is door Praktijkonderzoek Plant en Omgeving onderzoek gedaan naar het effect van drempels in de geulen tussen de ruggen op afstroming van water en grond op een perceel met een hellingspercentage van 7%. Ten opzichte van frezen zonder drempels nam het bodemverlies af met 96% en de afstroming van water met 66% (Geelen, 2001). Onderzoek in Wallonië (Barthélémy et al, 2010) laat zien dat door de aanleg van drempels gemiddeld 70% minder water afstroomt (tussen 30 en 98%) en de afspoeling van bodemsediment (erosie) met 90% afneemt. Door de maatregel werd het verlies van gewasbeschermingsmiddelen sterk beperkt en trad een betere herverdeling op van regen met en betere infiltratie van het water in de bodem. Voor de aardappelteelt op de kleigrond van vlakke percelen in de polders, droogmakerijen en het rivierengebied zijn geen onderzoeksresultaten bekend. Ook voor vlakke zandgronden zijn de effecten nog niet kwantitatief vastgesteld met veldproeven. Het bedrijf van Roskam in Abbenes (Bayer ForwardFarming) werkt met drempels in ruggenteelt.

Inpasbaarheid op het bedrijf

Doorgaans wordt de aanleg van drempels gecombineerd met het poten of zaaien van gewassen in loonwerk. Als de loonwerker drempelmachines in gebruik heeft, is de maatregel goed inpasbaar op een bedrijf. De aanleg van drempels in ruggenteelt is tot nu toe niet verplicht, maar in het 6de Actieprogramma Nitraatrichtlijn is aangekondigd dat het vanaf 1 jan 2021 verplicht is om in ruggenteelten op klei en löss zodanige maatregelen te nemen dat oppervlakkige afspoeling van het perceel bemoeilijkt wordt door minimale aanleg van waarneembare hindernissen, zoals bijvoorbeeld drempels of drempeltjes, of geultjes die niet afwateren op oppervlaktewater, op of rond het perceel, zodat oppervlakkige afspoeling naar nabijgelegen wateren bij normale weersomstandigheden (neerslag) voorkomen wordt. De minimale eisen aan deze hindernissen zullen worden vastgelegd in de regelgeving.

Voor hellende gebieden in Zuid Limburg wordt in de uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB in de paragraaf “Minimaal landbeheer op basis van de specifieke omstandigheden ter plaatse om erosie tegen te gaan” een waterdrempel omschreven als een aarden rug, dwars in de rijen van een teelt op ruggen, dat afstromend water kan bergen. De opvangcapaciteit van de waterdrempels moet dan minimaal 100 m3 per hectare zijn. Dit komt overeen met een waterschijf van 10 mm.

Bijeffecten

Een positief bijeffect is de regelmatigere verdeling van water op het land waardoor zich minder natte en droge plekken kunnen vormen en waardoor de kans op nat- en droogteschade kleiner wordt. In veldproeven is een licht positief effect op de opbrengst waargenomen. Een negatief bijeffect zou de iets moeilijkere berijding bij bespuiting kunnen zijn. Dit is te ondervangen door in permanente rijpaden geen drempels aan te brengen.

Reactietijd

Het effect treedt direct op, maar is alleen waar te nemen bij matige tot hevige regenbuien.

Kosten en baten

Kosten zijn moeilijk te begroten vanwege de onbekendheid van veel telers met de maatregel en het geringe aantal machines dat hiervoor ingezet kan worden door loonwerkers. De verwachting is dat bij de verplichting van de maatregel op klei- en lössgronden, met ingang van 2021, het aantal drempelmachines sterk zal toenemen, waardoor een schaalvoordeel optreedt. Baten zijn te verwachten in de vorm van een iets hogere opbrengst als gevolg van minder nutriëntenverlies en een gelijkmatiger infiltratie van regenval. In Management & Techniek 6 van 23 maart 2012 wordt vermeld dat de kosten 40 € per ha zouden bedragen.

Aandachtspunten

  • Voor teelten met regelmatige berijding na poten of zaaien wordt aanbevolen vaste rijvoren aan te houden en in deze voren geen drempels aan te brengen.
  • Kop- en wendakkers zijn de plaatsen met het grootste risico op afstroming. Juist op deze plaatsen moet men de drempels zorgvuldig aanbrengen.
  • De maatregel wordt per 1 januari 2021 verplicht voor klei- en lössgronden. Verwacht wordt dat de drempelmachines nog verder technisch ontwikkeld zullen worden voor kleigronden. Geadviseerd wordt om zich regelmatig op de hoogte te laten stellen.

Meer informatie

Download hieronder de factsheet in pdf

BijlageGrootte
fs_14_drempels_bij_ruggenteelt.pdf364.45 KB
Back to top