3.2 Drachtplanten
3.2 Drachtplanten
Op het erf en op het land kunnen land- en tuinbouwers rekening houden met de voedselvoorziening van de bij.
Voorbeelden van bij-vriendelijke erfbeplanting zijn:
- Bomen, zoals: Esdoorn, Linde, Valse Acacia, Tamme Kastanje, Paardenkastanje, Sierkers, Valse Christusdoorn, Honingboom, Bijenboom, Els, Sneeuwklokjesboom, Wilg en alle soorten fruitbomen;
- Heesters, zoals: Vuilboom, Gele Kornoelje, Inlandse Vogelkers, Botanische rozen, Zuurbes, Dwergmispel, Sneeuwkers, Klimop, Rode Ribes, Liguster, Sierkwee en Skimmia;
- Kruidachtigen, bollen en knollen en dan vooral voor- en najaarsbloeiers zoals Sneeuwklokjes, Blauwe/Paarse Krokussen en Herfstasters.
Voor een goede bevordering van het stuifmeelaanbod kunt u kijken wat er al groeit in de omgeving, deze kunt u aanvullen met nieuwe aanplant.
Goed voor bijen én voor de agrarische bedrijfsvoering
Voor het agrarische bedrijf zijn onderstaande planten ook gunstig voor de bedrijfsvoering.
- Witte klaver in weilanden voor stikstof;
- Afrikaantjes tegen aaltjes;
- Groenbemesters voor betere bodemkwaliteit (b.v. phacelia, boekweit, koolzaad, mosterd, bladrammenas);
- Akkerranden en overhoekjes inzaaien met ‘bijenmengsels’.
Meer informatie leest u in de factsheet 'Drachtplanten'.