Met plantsapmetingen krijgen deelnemers aan het project Duurzaam Schoon Grondwater (DSG) in Limburg inzicht in het stikstofgehalte van hun gewas. Daardoor weten de aardappeltelers precies of en zo ja hoeveel ze gedurende het seizoen moeten bij bemesten. DSG-adviseur Wim van Tilburg legt hieronder de voordelen uit van zo’n plantsapmeting.
Bijmesten als de plant erom vraagt
Binnen het project Duurzaam Schoon Grondwater kunnen aardappeltelers drie keer in het seizoen een plantsapmeting laten uitvoeren. Daardoor kan het stikstofgehalte in het loof gemeten worden. Mocht dit te laag zijn, dan kan gedurende het teeltseizoen passend bijbemest worden. Doel: optimale gewasteelt met minimale input. Wim van Tilburg, adviseur bij DSG: ‘Dus alleen bijbemesten als de plant daarom vraagt.’ De monsters worden meestal een maand nadat de aardappelen geplant zijn, genomen. ‘Op dertig of veertig plekken, verdeeld over het perceel nemen we het eerst volgroeide blad af. Deze gaan direct de vriezer in waarna ze de volgende dag ontdooit en uitgeperst worden. Het plantsap wordt vervolgens geanalyseerd op aanwezige mineralen. De tijd tussen de opkomst van het gewas en het moment van monstername wordt meegerekend omdat de aanwezige stikstof afneemt naarmate het gewas ouder is.’