Met het natte jaar kun je het je bijna niet voorstellen: droogte. Ondanks de hoeveelheid regen die is gevallen, kan het ook weer zo te droog zijn. Zo hoeft er in het Brabantse De Peel maar een paar dagen geen regen te vallen of het is al droog. Ook op de zandgrond in de Achterhoek zit het bovenste grondwater al snel (te) diep: op anderhalve meter. Hoe zorg je dat je gewas geen vocht tekortkomt? Bodemvochtsensoren zijn voor sommige boeren de oplossing.
Een top 4 over bodemvochtsensoren.
1. Informatie bepaalt zijn acties
Akkerbouwer Werner Wijnen uit Brabant zet sinds twee jaar bodemvochtsensoren in. Hij zegt: ‘‘Als ik de haspel plaats, wil ik zeker weten dat het nuttig is. Met de bodemvochtsensoren kan ik mij beter voorbereiden.’ De app geeft de hoeveelheid vocht in de bodem af. Het weerstation vertelt Werner wat voor weer eraan komt. Met die informatie bepaal ik mijn acties.’ Lees het volledige interview.
2. Geen gok meer
Ook melkveehouders in het Vechtdal (Overijssel) maken gebruik van bodemvochtsensoren in combinatie met een weerstation. ‘Ik heb twee haspels in de schuur staan maar wanneer zet ik die in? Dat was altijd een gok. Vaak te vroeg en helaas ook wel eens te laat. Dat kost geld.’ Hoe ze dit gezamenlijk aanpakken lees je hier.
3. Hoe accuraat ?
Bodemvochtsensoren zijn handig om het moment van beregening te bepalen en worden zowel in verschillende agrarische takken ingezet. Maar hoe accuraat zijn ze nou eigenlijk? Daar deden ze in de Nationale Proeftuin Precisielandbouw (NPPL) onderzoek naar.
