Spaar mest uit in maïs op scheurlandfactsheet

Gebruik geen mest in maïs die geteeld wordt op ondergeploegde graszode (scheurland) en breng de uitgespaarde mest tot waarde op grasland.

Maïs die wordt geteeld op ondergeploegde graszode (scheurland) groeit uitstekend op de nutriënten die nageleverd worden uit de graszode en heeft daarom geen bemesting nodig. Als deze maïs toch bemest wordt, levert dat geen winst op maar wel een verlies. Het aanbod van nutriënten wordt dan groter dan de maïs goed kan benutten. Het gevolg is onnodig hoge uitspoeling naar grondwater. De uitgespaarde mest komt beter tot waarde op grasland. Breng daar dus de op scheurland uitgespaarde mest naartoe.

Samenvatting

 

Waardering

Toelichting

Productievoordeel1)

++

De in maïs uitgespaarde mest levert in gras een hogere opbrengst en een betere kwaliteit.

Milieuvoordeel1)

++

Minder nitraatuitspoeling uit de maïs.

Kosten2)

0

Deze maatregel kost geen geld.

1) -- = sterk negatief, - = negatief, 0 = neutraal, + = positief, ++ = sterk positief

2) 0 = geen, + = beperkt, ++ = aanzienlijk, +++ = hoog

De maatregel

Als maïs wordt geteeld na grasland, waarbij het gras volledig is ondergeploegd, voorziet de stikstof die vrijkomt uit de graszode volledig in de behoefte van maïs. De opbrengst van bemeste maïs op scheurland is dan ook niet hoger dan die van niet bemeste maïs (Figuur 1). Stikstof die toch gegeven is, wordt dus niet benut, maar gaat grotendeels verloren en had uitgespaard kunnen worden in de maïs.

De in maïs uitgespaarde mest kan worden toegediend in grasland. Gras is een stikstofbehoeftig gewas. Op veel melkveebedrijven is door generieke gebruiksnormen sprake van een relatief gebrek aan stikstof in grasland. Door de in maïs uitgespaarde mest in te zetten in grasland, verhoogt deze maatregel de grasopbrengst en – kwaliteit. Ervan uitgaande dat de stikstof een werking heeft van 70%, levert de extra bemesting in gras ongeveer 0,7 × 15 kg ds per kg extra gegeven stikstof op. Een kg N in drijfmest levert dus ongeveer 10 kg ds gras extra op. Als een mestgift op een hectare maïs op scheurland van 25 m3 met een gehalte van 3,6 kg N per m3 wordt uitgespaard en wordt toegepast op grasland, levert dat een meeropbrengst in gras op van 945 kg droge stof.

Doel

Het doel van deze maatregel is om uitspoeling van nitraat in de maïsteelt te beperken zonder dat dit de maïsopbrengst schaadt en om de nutriëntenbenutting op uw bedrijf te verhogen.

Effect op waterkwaliteit

De N die toch naar eerstejaars maïs wordt gebracht (in het voorbeeld hierboven 90 kg per ha) kan volledig als verloren worden beschouwd. Op droge zandgrond spoelt zeker de helft hiervan uit met als gevolg een toename van het nitraatgehalte in grondwater met 60 mg per liter. Door mest niet te brengen naar maïs op scheurland wordt dit voorkomen.

Effect op waterkwantiteit

De maatregel heeft geen effect op de waterkwantiteit.

Effect op bodemkwaliteit

De maatregel heeft geen effect op de bodemkwaliteit.

Reactietijd

Deze maatregel heeft binnen een tot drie jaar effect op de nitraatuitspoeling naar het bovenste grondwater. Er zijn geen effecten te verwachten in de maïs (opbrengt en kwaliteit). De mest die op maïs is uitgespaard en op grasland is toegepast, zal in hetzelfde groeiseizoen nog effect hebben op de graskwantiteit en -kwaliteit.

Effectiviteit

  • Deze maatregel is effectief in alle situaties waarbij gras wordt afgewisseld met maïs. Dit komt veel voor op melkveebedrijven, veel minder op akkerbouwbedrijven en niet in andere open teelten. De maatregel is effectief op alle bodemtypes, maar is op veen veel minder relevant omdat maïsteelt daar nauwelijks een rol speelt en meestal af te raden is. Het voorkomen van een te hoog stikstofaanbod in de maïs is vooral van belang op droge zandgronden die gevoelig zijn voor nitraatuitspoeling.
  • Hoe hoger de nalevering uit de graszode, hoe effectiever het weglaten van de bemesting. De nalevering neemt toe naarmate de graslandfase langer heeft geduurd. Voor volledig weglaten van de bemesting moet de voorgaande graslandfase 3 jaar hebben geduurd.
  • Onder omstandigheden die ongunstig zijn voor een hoge maïsopbrengst, is de stikstofbehoefte van maïs lager dan onder gunstige groeiomstandigheden. Daardoor is op percelen met een opbrengstverwachting van bijvoorbeeld 14 ton droge stof per ha, eerder sprake van een te hoog stikstofaanbod dan op percelen met een opbrengstverwachting van 18 ton droge stof per ha.

Tips en aandachtspunten

  • Op tijd vernietigen van de graszode is essentieel voor het slagen van deze maatregel. Maak de zode begin tot half maart, ruim voor het zaaien van maïs, kapot om de nutriënten uit de zode tijdig te laten vrijkomen. Als dit goed is uitgevoerd, is doodspuiten van de zode onnodig. Op percelen met weinig draagkracht is tijdig kapotmaken van de zode problematisch en wordt gras vaak doodgespoten. Als het niet noodzakelijk is om de zode dood te spuiten, heeft mechanische destructie de voorkeur. Doodspuiten is niet zonder risico’s voor het grondwater.
  • Als geen drijfmest gegeven wordt, kan het wel nodig zijn om kali, zwavel of borium te geven. Houdt dus de voorziening van deze nutriënten in de gaten.
  • Bij nul-bemesting in maïs op scheurland is het telen van een goed vanggewas nog steeds wenselijk.
  • In de op deze wijze uitgevoerde maïsteelt is de fosfaat onttrekking met maïs lager dan de aanvoer met mest. Dat kan worden gecorrigeerd in een fase van fosfaatverrijking in het volgende grasland.
  • Het weglaten van mest in maïs op scheurland kost geen opbrengst bij een graslandfase van drie jaar of meer. Bij een graslandfase is bemesting wel raadzaam. Hierbij kunt u afgaan op het advies van CBGV.

Kosten en baten

Het weglaten van de bemesting spaart een handeling in de maïs uit en de extra bemesting in gras levert geen extra handeling op. De verwachte meeropbrengst in gras (zie rekenvoorbeeld onder ‘De maatregel’ met uitsparing van 25 m3 met een gehalte van 3,6 kg N per m3) vertegenwoordigt een waarde van 95 € per ha maïs (de uitgespaarde handeling in maïs niet meegerekend).

Meer informatie

Download hieronder de factsheet in pdf

BijlageGrootte
fs_23_mais.pdf133.8 KB
Back to top